Cross-overs in de kunst

Kunstenaars die de gebaande paden verlaten en het avontuur aangaan, ontwikkelen vaak spannende cross-overs. Door zich op een totaal ander medium te richten dan waartoe ze zijn opgeleid of een bijzondere mix van media toe te passen, krijgt hun werk een nieuwe dimensie. Arno Coenen en Iris Roskam hanteren een fantasievolle mengeling van stijlen en technieken in hun werk. Die veelzijdigheid vind je ook terug in hun ontwerp voor het plafond van de Markthal in Rotterdam: een spectaculair voedselpanorama ter grootte van twee voetbalvelden omgedoopt tot Hoorn des Overvloeds.
Door Etienne Boileau

Arno Coenen en Iris Roskam

Een eenvoudig landarbeiderswoninkje langs een dijk vormt de plek waar Arno en Iris hun spectaculaire producties het licht laten zien. Ik praat met Arno aan de eettafel, terwijl Iris vanuit de aangrenzende keuken af en toe wat opmerkingen de ruimte in slingert. Ze hebben weinig op met het onderwijs dat ze op verschillende kunstacademies volgden. Iris verliet de Willem de Kooning Academie zelfs vroegtijdig.Een gesprek met een kunstenaarsechtpaar dat dol is op Manga en computerspelletjes, en helemaal gaat voor de tattoo scene.

Hokjesgeest
Iris: “Als je een kunstopleiding doet, komen daar ineens allemaal regels bij. Wanneer een student daar niet inpast, doen docenten daar heel moeilijk over. Dat is toch heel tegenstrijdig? Ik zat op de Willem de Kooning, maar heb er na drie jaar de brui aan gegeven en ben stage gaan lopen bij een glasblazerij. Zo ben ik glasblazer geworden. Later heb ik ook nog een tijdje keramiek gemaakt. Om brood op de plank te krijgen, ben ik uiteindelijk een opleiding tot patissier gaan volgen.”
Arno: “Voor mijn afstuderen aan de afdeling schilderen van de Academie Minerva moest ik een scriptie schrijven. Dat weigerde ik. In plaats daarvan heb ik een plaatjesboek gemaakt, maar daar namen ze geen genoegen mee. Na veel gedoe hebben ze me toch laten slagen. Er waren op de academie ook computers, maar die waren alleen voor de vormgevingsafdeling en de illustratoren, niet voor ons. Zo’n onderverdeling in richtingen en stromingen, dat werkte voor mij niet. Ik wilde schilder worden én met computergraphics werken; de weerzin op die opleiding tegen craft was enorm. Ik dacht: ‘of ik dat interessant vind, maak ik zelf wel uit’.”

Hoge of lage kunst?
Arno: “Er is voor mij geen verschil tussen hoge en lage kunst. Evenmin is geld verdienen vies, dat is meer het probleem van modernisten en babyboomers; die denken alleen aan de heilige graal van de autonome kunst. Sinds de Popart is dat hele autonome denken verdwenen. Neem de Markthal, een hartstikke commercieel project; rondom The Horn of Plenty hebben we een hele merchandising ontwikkeld met zitzakken, posters, leren schoenen, en T-shirts met dat beeld erop. Die zijn daar allemaal te koop. Precies zoals in de Pop Shop van Keith Haring in Manhattan. Gelukkig kun je daar als kunstenaar tegenwoordig mee komen, al zijn er nog steeds krachten in de kunst die beweren dat commercie ten koste gaat van je algehele vrijheid als kunstenaar. Dat geloof ik helemaal niet. Als het nou mijn ambitie is om samen te werken met een projectontwikkelaar, die er een paar miljoen voor over heeft om mij grote dingen te laten doen? Je hebt twee scenario’s voor het kunstenaarschap: je kunt een one trip pony zijn en dan ben je heel herkenbaar, of je doet als kunstenaar allerlei verschillende dingen. Dat laatste geldt voor mij; ik wil het breed houden. Ik heb altijd alles buiten het reguliere museum- en galeriecircuit gedaan. Dat soort circuits met die kitscherige white cubes zijn pointless.”
Iris: “Ik kan hetzelfde verhaal vertellen. Jaren terug maakte ik voor galeries glasobjecten in series die als broodjes over de toonbank vlogen. Mijn galeriehouders wilden dat succes herhalen, maar dat werkte bij mij niet, ik blokkeerde. Op een gegeven moment stagneerde de verkoop en toen ben ik patissier geworden, want met elk materiaal kun je uiteindelijk iets tofs maken.”

Atheïstisch kunstwerk  
Arno: “Wij halen onze inspiratie overal vandaan: uit computerspelletjes en de scenes waarin we rondhangen, zoals de tattoo scene. Ook de metro van Moskou, het Heilige water in Lourdes, de knevelkerk vol menselijke beenderen in Kutna Hora (Tsjechië), en kerken in Beieren uit de barok die van boven tot onder beschilderd zijn. Voor het plafond van de Markthalhebben we een trompe-l’oeil ontworpen. Het idee daarachter is dat als je binnen staat het gebouw verdwijnt en je het gevoel krijgt dat je naar buiten kijkt, naar de hemel. Ik zou het een compliment vinden als mensen dit werk met Panorama Mesdag vergelijken. Niet God staat in ons werk centraal - het is een atheïstisch kunstwerk - maar de zon die voor een overvloed zorgt. Maar de daaraan gekoppelde welvaart is wel kwetsbaar, dat weten we allemaal. In die zin is het ook een fantasie: een Luilekkerland als ideaal en daar wonen we nog in ook.”

www.arnocoenen.nl

Copyright 2014 © Etienne Boileau


Hoorn des Overvloeds, Arno Coenen en Iris Roskam, foto: Etienne Boileau